Het is 2011 en in mijn praktijk tref ik een jongen van 13 die door zijn moeder is aangemeld voor coaching. Laten we hem Alex noemen. Alex heeft moeite gemotiveerd te blijven voor school, terwijl dit eerder nooit een probleem was. De onderwijsinspectie zit hem op de hielen, omdat hij erg veel spijbelt. Hij is brutaal, boos, verdrietig en op school zitten ze met de handen in het haar. Ze hebben min of meer opgegeven en hebben zijn ouders geadviseerd hulp in te schakelen voordat hij echt het verkeerde pad op zou gaan.

Moeder is tijdens de intake redelijk gesloten. Ik kan zien dat het haar veel verdriet doet dat haar zoon het zo slecht doet op school en ze begrijpt niet waarom hij er niet met haar over kan praten. Vader kon helaas geen vrij krijgen van zijn werk, maar de opdrachtbevestiging is door beide ouders getekend. We kunnen aan de slag. 

Een slechte start

Als hij gaat zitten, zie ik dat hij erg gespannen is. Zijn gezicht staat ernstig en zijn schouders staan strak omhoog. Ook friemelt hij steeds aan zijn neus. Hij is duidelijk niet op zijn gemak. Het eerste dat ik met de jongen wil doen, is zorgen dat hij voelt dat hij veilig is en dat hij mij in vertrouwen kan nemen. Ik leg hem uit dat wat hij mij vertelt binnen de muren van mijn praktijk blijft, dat dat zelfs de basis van onze samenwerking zal zijn. Ik hoor hem diep zuchten. Alsof hij opgelucht is. Ik vervolg dat ik het altijd eerst met hem zal overleggen mocht er iets zijn dat naar mijn inschatting relevant is voor zijn ouders. De ontspanning die er even leek te zijn, verdwijnt weer als sneeuw voor de zon. “Dan heeft dit geen zin dus hè?”, stelt hij retorisch vast. Ik doe erg mijn best, maar kom er dit eerste uur niet doorheen. Hij blijft gesloten en ik twijfel of ik iets voor hem kan doen.

Het hoge woord komt eruit

Ik besluit zijn moeder te vragen er de volgende keer bij te blijven. Alex gaat hiermee akkoord en zo geschiedde het. We doen een spel dat ogenschijnlijk luchtig is, maar dat in no time de vinger op de zere plek legt. In dit geval is het moeder die na de derde opdracht in huilen uitbarst. En uitbarsten is in deze echt de juiste omschrijving. Ze schreeuwt het uit, het komt uit haar tenen, ze breekt. Ik weet niet wát het is dat haar zo’n pijn doet, maar mijn hart breekt voor haar. Ik kijk naar haar zoon. De jongen van 13 die de week ervoor nog zo stoer had geleken, is veranderd in klein jongetje dat niet weet wat hij moet doen. Hij kijkt naar zijn handen in zijn schoot. Een seconde gaat voorbij en alsof er een knop omgaat, zie ik zijn uitdrukking veranderen. Hij raapt zichzelf bij elkaar, kucht, staat op, slaat een arm om zijn moeder heen en troost haar. Wat een liefde. Wat mooi. “Ik weet het mama, ik wéét het.” Ze houden elkaar stevig vast.

Onveilig

Als ik aan die middag terugdenk, lopen de rillingen over mijn rug. Tijdens het indringende gesprek dat volgt, komt de aap uit de mouw. De reden dat Alex niet naar school gaat, de oorzaak van zijn woedeaanvallen en gesloten houding, liggen in het feit dat hij zijn moeder wil beschermen. Zijn vader slaat zijn moeder, maar vooral als Alex er níet is. Dus deze blijft thuis om te voorkomen dat zijn moeder wordt mishandeld. Alle puzzelstukjes vallen op hun plek.

Wat er volgt kan ik niet delen, maar uiteraard zijn de juiste stappen gezet om aan deze schrijnende situatie iets te veranderen. Ik moest dit uit handen geven, maar gelukkig belde de moeder me na een ruim jaar om te melden dat er na intense therapie vooruitgang was geboekt en dat ze het alledrie -naar omstandigheden- goed maken.

Gedrag heeft altijd een oorzaak!

De reden dat ik dit met jullie deel, is tweeledig. Enerzijds wil ik graag duidelijk maken dat er achter elk gedrag een wens of verlangen schuil gaat. Deze jongen kon zijn frustratie niet kwijt en had een zeer goede reden om niet naar school te gaan. Hoe hij echter is behandeld, verdient geen schoonheidsprijs. Zonder oordeel, want het was niet bekend, laat dat duidelijk zijn. Deze jongen werd behandeld alsof hij een probleem was, terwijl hij juist een probleem had.
Ik breek graag een lans voor deze groep kinderen en jongeren waar meer achter spijbel- en ander ongewenst gedrag zit, dan zomaar dwars willen zijn. Neem de moeite om naar het kind áchter het gedrag te kijken, ga in gesprek. Ga er niet zomaar van uit dat dit ‘gewoon’ weer een boos kind is. Maak jezelf beschikbaar, observeer, neem je waarnemingen serieus, check met het kind, ga in gesprek.

Meldcode Kindermishandeling

De tweede reden dat ik dit met jullie deel (vanzelfsprekend enigszins vervormd van de waarheid), is dat ik jullie wil wijzen op de Meldcode Kindermishandeling. Hulpverleners kunnen hier terecht met vragen als zij een zorg hebben voor een kind. Als een onderbuikgevoel zegt dat er iets niet klopt, maar je weet niet wat je ermee aan moet, is er dus een adres waar je -desgewenst anoniem- je verhaal kunt doen en om advies kunt vragen. Voor de duidelijkheid: al werd Alex niet persoonlijk geslagen, het feit dat hij getuige was van deze vorm van mishandeling maakt hem ook slachtoffer.

Wil je meer over dit belangrijke onderwerp weten, verwijs ik je graag door naar deze pagina van de Rijksoverheid. Vooral collega’s raad ik dit van harte aan, omdat zij verplicht zijn zich aan de meldcode te houden. Samen dragen we een verantwoordelijkheid voor het welzijn van kinderen, dit is een belangrijk onderdeel.

Vergelijkbare berichten